In 1905 was de tramlijn van Alkmaar naar Bergen binnen geopend. Nu was de badplaats Bergen aan Zee flink in opkomst, er werd al aan gedacht om de stoomtram door te trekken naar de kust, wat uiteindelijk in 1909 gebeurde. Gedurende de jaren 1907 tot 1909 werd er over het Decauville aannemerspoor een tijdelijke dienst als paardentram geëxploiteerd.

Op onderstellen van lorries werden banken aangebracht, zodat een dienst voor passagiers kon worden onderhouden. Omdat het spoor zo smal was, moest het paard naast het spoor lopen, daartoe was een lang touw vanaf het paard naar de lorrie aangebracht. Het spoor was geheel enkelspoor. Om toch een redelijk frequente dienst te kunnen aanbieden werd van beide uiteinden tot halverwege gereden, waar beide lorries werden omgespannen, en waar men moest overstappen voor het vervolg van de reis.

Spoorwijdte : 600 mm
Lengte : 5,4 km